Teksten Startpagina Kleurslagen Fotohoek 2012 Fotohoek 2013 Fotohoek 2014 Contact links Over ons
Wim Wolfs Grasparkieten
Kwaliteit grasparkieten met een eigen uitstraling
Over Ons  In mei 2009 heeft Marco Rijndorp voor de NGC de volgende reportage gemaakt. Dit zegt eigenlijk alles over mijn hobby en de hulp die ik krijg van Jasper mijn zoon. Ik heb daarom onderstaand dit stuk van Marco gepubliceerd, met dank aan Marco. Je kunt het artikel ook in pdf lezen door hiernaast op pdf te klikken.  "Ten Huize van" Wim en Jasper Wolfs Vandaag ben ik op bezoek bij vader en zoon, Wim en Jasper Wolfs in het mooie Arnhem .Het huis is prachtig Gelegen in de wijk de Paasberg gelegen langs de A12 .  Oorspronkelijk een bosgebied dat eigendom was van de familie van Pallandt , die het gebied in 1921 aan de Gemeente Arnhem te koop aanbood. Enkele bouwpercelen zijn in 1927 verkocht voordat de gemeenteraad besloot  gehele wijk te laten bebouwen op percelen met erfpacht . Aan de zuidzijde in de  wijk is het landgoed "Bronbeek" gelegen, oorspronkelijk een invalidentehuis voor koloniale oud-militairen. Het landgoed werd in 1859 door de koning geschonken en dat de staat alle kosten voor instandhouding van het geheel zal betalen. Zij kweken met de volgende kleurslage,Wit - en geelvleugels, groen, blauw, grijs, spangle's, Australisch bont, Australisch geelmaskers. Hun specialisatie qua kleur zijn de wit en geelvleugels, spangles . GESCHIEDENIS Mijn vader had vroeger kippen,duiven,konijnen en fazanten. Nadat we  in 1954 waren verhuisd werden er ook tropische vogels en kanarie's aangeschaft. In 1955 kwam een vriend van mijn vader met een paar lichtgroene en een paar hemelsblauwe grasparkieten om deze tijdelijk in een kooi te houden totdat hij een kooi had gebouwd. Enfin, zijn kinderen wilden liever een bok meteen bokkenwagen hebben en ik wilde ze eigenlijk niet meer kwijt. Literatuur was er bijna niet over de kweek en verzorging  dus werd er bij de plaatselijke vogelvereniging geïnformeerd. Later ontdekte ik dat er in Engeland veel grotere vogels waren en zo werd er in Londen bij Tom North een koppeltje grijze geelmaskers en witvleugels gekocht  . Na mijn huwelijk bleven de grasparkieten bij mijn ouders en ging ik elke avond daar mijn vogels verzorgen. Totdat er werd ingebroken en al mijn vogels verdwenen waren. Wel hadden we thuis nog een kamerparkiet. Gebrek aan ruimte en tijd waren de oorzaak dat ik pas weer rond 1987 een paar grasparkieten kocht bij Armand Swaegers en gebroeders Peeters en weer gaan kweken. In 1992 zijn we de eerste maal naar Jo Mannes gegaan. Daar hebben we een aantal zeer goede vogels de afgelopen jaren aangeschaft. Later samen met Rob Alofs  een heel goede samenwerking gehad en regelmatig een aantal vogels uitgewisseld. Rob heeft onlangs aangegeven met de hobby te stoppen en  heb ik een twintigtal vogels van Rob gekregen. De witvleugels trokken steeds mijn aandacht op de shows en de stam van Cees Suur kwam in 1998  met zijn pensionering te koop.  Cees gunde me de eerste keus en dat is de basis geweest voor een mooie stam. In 2000 ging ik voor het eerst met mijn witvleugels naar Karlsruhe  en won met mijn vogels alle prijzen bij de "hellflügel".  In 2002 was dat weer het geval, maar helaas was het daarna een rampjaar met veel ziekte onder de vogels. Van die stam heb ik vorig jaar gelukkig  nog enkele afstammelingen dankzij Wim Jansen van partnerschap  " Bronckhorst " kunnen krijgen. Ook via Roger Day heb ik nog wat in de lijn kunnen kruisen. Maar helaas heb ik wel de opaline factor in mijn wit en geelvleugels gekregen en dat is een factor die ik liever niet in deze mutatie zie, net zo min als de cinnamonfactor. Deze kunnen in de stam zeer lang blijven sluimeren. (dus dat men steeds weer een split cinnamon of/en opaline kweekt en dat de man dat steeds op zijn mannelijke kinderen overdraagt zonder dat er een pop wordt geboren die cinnamon of /en opaline is. DE KWEEKRUIMTE In de schuur heb ik eerst een vlucht met vier broedkooien gebouwd. Al gauw was de hele schuur in beslag genomen en werd ook het gedeelte tussen de schuur en de garage dichtgebouwd. Het geheel is nu drie meter diep en zes meter lang. Dertig broedkooien "van Keulen" afm. 40 cm diep 50 cm hoog en 60 cm lang, twee stockooien 40 cm diep, 50 cm hoog en 100 cm lang, een vlucht van twee bij twee meter en een van een meter twintig bij twee meter. In de garage is nog een ruimte van een meter twintig breed en twee meter vijftig lang. De schuur, waar het grootse gedeelte van de broedkooien staan heeft een houten dak met mastiek bedekking en een kleine dubbelwandige lichtkoepel. De wanden binnen zijn van geplastificeerde  spaanplaat en de vloer is van natuursteen in de schuur en de rest van gepolijste betontegels. Het gehele front is van merbau hardhout, met aan de bovenzijde scharnierende ramen. In de ruimte is een stoffilter en een centrifugaal afzuiginstallatie van drie honderd m3  in de voorwand. Het dak van de ruimte tussen de schuur en de garage is van policarbonaat platen dik 16mm. Omdat  de kooi op het zuid-westen ligt kan het in de zomer behoorlijk warm worden. Meestal leggen we dan underlayment multiplex platen op het dak om de direkte zonnestralen tegen te gaan en de t emperatuur zo op een redelijk niveau te houden.                    De nestblokken zijn de standaard  van Keulen nestblokken met de tweedelige deksel gekoppeld met een pianoscharnier om  het risico dat het kleine gedeelte bij het openen niet uit de vingers valt op de eieren. De holte in de bodem van het broedgedeelte heb ik ongeveer een centimeter dieper gemaakt omdat anders het risico loop dat de eieren niet centraal blijven liggen. Verwarming:  electrisch met thermostaat, maar zeer weinig en alleen bij strenge vorst. Maar meestal is het niet nodig. VOEDING Zaadmengsel : Witte Molen  Grasparkieten Europa mengsel of Quicko  Grasparkieten  Champion                          Bevat:  50%  witzaad, 20%  wit millet, 20%  japanse millet, 5%  geel millet, 5%  senegal millet Gele trosgierst en in het broedseizoen  af en toe een stuk rode trosgierst. Eivoer            : Witte molen met extra mengsel van gedroogde meelwormen ect. van Alwecka    (50 gram op 5 kilo eivoer) Groenten   ; Af en toe een klein blaadje  andijvie maar beslist geen sla  en in het broedseizoen soms     een stukje wortel of suikermais. Kiemvoer       : In het broedseizoen twee maal per week ( Katja Indoe , tarwe,kleine  zonnepitten,ect)     +/- drie ons weekvoer gemengd met een halve kilo eivoer : " drie maatlepels daily essentials  " twee maatlepels Proboost supermax  " twee maatlepels  Breedmax                                       Ziektebestrijding/preventie: Dagelijks aandachtig de vogels bekijken en als er een vogel dik zit of dunne ontlasting vertoont wordt hij separaat gezet en krijgt deze drie dagen een klein theelepeltje  toxiose mix over het voer. En eventueel in de ziekenkooi. Bij oogontsteking terramicine oogzalf of gentapol oogdruppels. DE KWEEK  Medio juli worden mannen en poppen tot aanvang van de kweek gescheiden. De wand tussen de vluchten is van plexiglas.  Start van het koppelen medio september en ik streef er naar dat eind april de broedkooien weer leeg zijn. Meeste koppels twee ronden , maar ik heb ook wel paren die drie rondes doen. Dit jaar heeft een overgoten pop me zelfs vier legsels grootgebracht . Terwijl er zeven jongen in het broedgedeelte van het legblok lagen had de pop in het andere gedeelte al weer vijf eieren liggen voordat ik in de gaten had. Ik heb toen maar besloten dat ze maar door moest gaan . Nu heeft ze weer 6 jongen , zodat ze 27 jonge in vier ronden heeft grootgebracht. Gebruik  pleegouders, regelmatig maar ik moet er wel zeker van zijn dat  deze de jongen voorbeeldig grootbrengen.  Overleggen van alleen eieren of ook jongen. Kan beiden indien nodig. Aantal jongen gewoonlijk per seizoen. 120 à 150. Sterke eigenschappen van bestand. Ik streef naar showmanship  bij mijn vogels, kopbreedte,maskerdiepte,   type van de bevedering en formaat.  Met hulp van mijn Zoo Easy programma heb ik  goed overzicht van de stamboom van elke vogel. Zeker voor de wit- en geelvleugels is dit een goede hulp. Aankopen bij andere kwekers. Jo Mannes Freiburg Vroeger Ron Sellen in Romford  bij Londen Gerard Peters , Rob Alofs Rein Dul Bepaalde kweekmethode zoals lijnteelt of sterke inteelt. Lijnenteelt maar wel met een kritisch oog om verbeteringen te bereiken. Wat vindt de kweker zelf de mooiste vogels. De violette spangle lijn van Jo mannes. Deelname aan shows. " NGC-DBS  in april en september. " NRW  in Mettmann bij Düsseldorf. SHOWVOORBEREIDING Drie weken voor de show wordt er een selectie gemaakt, welke vogels er in aanmerking komen . Dan worden poppen en mannen gescheiden in dubbele broedkooien  gezet, maximaal zes bij elkaar. Vogels zonder staart zijn bij voorbaat al afgevallen. Elke dag twee maal met de plantenspuit de vogels benevelen met water waar Birdy aan is toegevoegd . Ongeveer een week voor de show de vogels met een tandenborstel wassen met babyshampoo( goed naspoelen).  Twee dagen later de kopveren kammen met een ijzer babyzaagje, zodat de stoppels zich kunnen ontvouwen tot veren(zie foto) Twee dagen voor de show de spots bijwerken.  Wederom weer erg genoten van een hok schitterende kwaliteitsvogels !! Ook bij de wit en geelvleugels zitten  al aardige kwaliteitsvogels tussen dus hier gaan we zeker in de toekomst nog veel van horen . Wim en Jasper hartelijk bedankt voor de medewerking aan het kwekersportret Bedankt voor de gastvrijheid en ik wens jullie veel succes in het nieuwe kweekseizoen . Met vriendelijke groet,  Marco Rijndorp
Over ons